Calamiteiten en bevoegdheid bestuur
a.
Kinderen die in een speeltuin komen spelen en entree betalen gaan een
wederkerige overeenkomst aan met de speeltuin-organisatie. Door te betalen
hebben zij het aanbod aanvaard.
Wat is nu dat aanbod van een speeltuinorganisatie?
Dat is spelen in en met toestellen in situaties die veilig zijn en waar
enig toezicht is.
Het is dus niet zo dat de speeltuinorganisatie als
babysit voor kinderen zonder begeleiding moet optreden. Dat gaat namelijk
verder dan toezicht houden op veilig spelen in de speeltuin zelf.
b.
Wat nu als het aanbod aanvaard is en de speeltuinorganisatie kan haar
deel van de wederkerige overeenkomst niet nakomen door bijvoorbeeld hitte
of een calamiteit waarbij ramen en deuren gesloten dienen te worden gehouden?
In deze situaties is sprake van overmacht. Een van
buiten komend ‘onheil’/situatie, waaraan de speeltuinorganisatie
weinig kan veranderen.
De wederkerige overeenkomst is daarmee vroegtijdig beëindigd.
c.
Houdt daarmee ook de zorgplicht van de speeltuinorganisatie op?
De zorgplicht in het kader van het spelen (de wederkerige
overeenkomst) is er niet meer.
Afhankelijk van de leeftijd van de kinderen, de zelfstandig-heid, die
normaal aan de dag gelegd wordt bij het naar huis gaan (zelf gaan of opgehaald
worden?) en de toevallige afspraken die gemaakt zijn tussen ouders en
speeltuin-organisatie over de duur van het verblijf in de speeltuin
moet de speeltuinorganisatie inschatten of zij het belang van deze kinderen
gaat behartigen in deze onverwachte situaties en adequate acties ondernemen
(zaakwaarneming).
De speeltuinorganisatie heeft namelijk te maken met personen, die de gevaarzetting
(nog) niet helemaal kunnen inschatten.
Bijvoorbeeld: bij de hitte of een andere calamiteit
ouders bellen, kinderen met bekende andere ouders meegeven, zelf de kinderen
meenemen, papier met informatie aan de speeltuin ophangen, etc.
Het belang van de kinderen staat voorop. Ook al heb je geen speelovereenkomst
meer, je kunt een onrechtmatige daad tegen-geworpen krijgen. Dat betekent
dat je iets heb gedaan of nagelaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven
recht in het maatschappelijk verkeer betamelijk is behoudens een recht-vaardigheidsgrond.
Dus: er is een andere ‘zorgplicht’ ontstaan. De speeltuin-organisatie
heeft een morele plicht om goed voor deze kinderen te zorgen en stelt
zich daarom op als zaakwaarnemer. Trouwens in het geval van de calamiteit
is er misschien geen tijd om ouders in te schakelen. Dan wordt er voor
alle kinderen als zaakwaarnemer opgetreden.
l.s.
12.04.04

|